Koningsprotea- Een Zuidafrikaanse schone
Dit artikel verscheen
eerder in het Hortus Magazine van december 2016
Klasse | Spermatopsida (Zaadplanten) |
Clade | Bedektzadigen |
Clade | Eudicots (Nieuwe Tweezaadlobbigen) |
Orde | Proteales |
Familie | Proteaceae |
Geslacht | Protea |
Soort | Protea cynaroides (Koningsprotea) |
Taxonomische indeling van Protea cynaroides
De koningsprotea is
de nationale bloem van Zuid- Afrika en de grootste binnen de familie
Proteaceae.
Hij houdt van zon. Wie weet vestigt hij
zich ooit nog eens in het steeds zachtere wordende Nederlandse klimaat.
Suikerbossie, 'k wil jou hê,
Suikerbossie, 'k zal jou krijg,
Suikerbossie, 'k wil jou hê,
Wat sal jou mamma daarvan sê?
Het is geen wonder dat
suikerbossie een koosnaampje werd voor leuke meisjes, zoals in dit
liefdesliedje van Fred Michel uit 1930: de
koningsprotea (Protea cynaroides) of
reuzenprotea is een van de mooiste bloeiende planten uit Zuid-Afrika. Het is de
nationale bloem van dat land. Het geslacht
Protea vormt met nog 67 andere geslachten de familie
Proteaceae. Linnaeus heeft in 1735 dit
geslacht vernoemd naar de Griekse god Proteus, een god die zijn vorm kon
veranderen. Ook de planten uit dit geslacht hebben een grote variatie aan
vormen.
De planten uit de familie
Proteaceae zijn houtige struiken of
bomen. Het is een familie van ongeveer 1250 soorten, die vrijwel uitsluitend op
het zuidelijk halfrond voorkomen. Dat wijst er op dat de familie ontstaan is op
het continent Gondwana, dat vanaf 160 miljoen jaar geleden langzaam uit elkaar
viel in Afrika, India, Madagaskar, Zuid- Amerika, Australië en Antarctica. Er
zijn twee onderfamilies. De onderfamilie
Proteoideae komt voornamelijk in Afrika voor en de andere onderfamilie
Grevilleoideae is geconcentreerd in
Australië en Zuid-Amerika.
De verspreiding van de familie Proteaceae over de wereld (bron: http://www.mobot.org/MOBOT/research/APweb/)
Het geslacht
Protea, sugarbush of suikerbos in
Zuid- Afrika genoemd, bevat 101 officieel bekende soorten. De meeste soorten
komen in Afrika voor, voornamelijk in Zuid- Afrika. En van die soorten in Zuid-
Afrika komt nog eens meer dan negentig procent in het gebied rond Kaap de Goede
Hoop voor. De koningsprotea komt in een klein gebied rondom Kaapstad voor, in
het zogenaamde “fynbos”. Dit is een soortenrijke vegetatie van heideachtige
planten (Ericaceae),
Restionaceae, soorten uit geslacht
Pelargomium en bolgewassen (veel
Iridaceae, zoals gladiolen), waar in het droge seizoen vaak brand voorkomt.
Protea soorten vormen ook een
onderdeel van dit vegetatietype.
De koningsprotea (P. cynaroides) in Kirstenbosch Botanical Garden in Kaapstad
De koningsprotea (P. cynaroides) in de subtropische kas van de Hortus in Amsterdam
De bloeiende koningsprotea (P.cynaroides) in de overtuin van de Hortus (april 2016)
Vogels, insecten, knaagdieren of wind
De bloeiwijze van Protea bestaat uit vele vierdelige bloempjes, die op een houtige bloembodem staan en omgeven zijn door een gekleurde omwindsel. Er is geen onderscheid in kroon en kelkblaadje zoals bij de meeste bloemplanten. Wat wij een “bloem” noemen is in werkelijkheid dus een samengestelde bloeiwijze. De bouw van de bloem lijkt daarbij op die van de Asteraceae (paardenbloem, margriet, zonnebloem), waar de ‘bloem’ ook uit meerdere bloempjes op één bloembodem bestaat. Er is echter geen verwantschap tussen de familie Proteaceae en Asteraceae.
De bloem van een koningsprotea (P. cynaroides) in Kirstenbosch Botanical Garden in Kaapstad
De bloem van een koningsprotea (P. cynaroides) in Kirstenbosch
Botanical Garden in Kaapstad
De bloem van een koningsprotea (P. cynaroides) in een kas van de VU Hortus (nu Hortus Zuidas)
De uitgebloeide bloem van de koningsprotea (P.cynaroides) in de overtuin van de Hortus (april 2016)
De bloemblaadjes van de afzonderlijke bloempjes zijn aan de onderkant met elkaar vergroeid, maar hebben vrije lippen aan het uiteinden, waarop de meeldraden aan de binnenkant vastzitten. De stempel van de bloempjes steekt ver uit de bloem en heeft een zodanige vorm dat bestuivende dieren, die wel moeten aanraken. In eerste instantie geven de meeldraden als ze vruchtbaar zijn hun stuifmeel aan die stempel af. Omdat de vrouwelijke delen pas twee dagen later vruchtbaar zijn, kunnen in de tussentijd bestuivers het stuifmeel naar andere bloemen overbrengen. Als er geen bestuivers langskomen, dan kan er alsnog zelfbestuiving plaatsvinden.
De bloemen van Protea soorten worden bestoven door vogels, insecten, knaagdieren of de wind. Bij een aantal soorten, waaronder bij de koninsgprotea, kan zelfbestuiving voorkomen. Waarschijnlijk wordt de koningsprotea vooral bestoven door vogels, onder ander door de Kaapse suikervogel (Promerops cafer). Deze vogel heeft een spitse snavel, waarmee hij goed de nectar kan verzamelen die de bloemen van de suikerbosjes afgeven. Ook honingzuigers kunnen door het opzuigen van de nectar de bloemen bestuiven. De metallisch groene Protea kever (Trichostetha fascicularis) bestuift de bloemen doordat hij van het stuifmeel eet.
De Kaapse suikervogel (Promerops cafer) zuigt nectar van Protea bloemen in Kirstenbosch Botanical Garden in Kaapstad.
De koningsprotea heeft glanzende leerachtige bladeren, die bestand zijn tegen de zomerhitte van de Kaapprovincie
Koningsprotea's in Nederland?
De struiken van de koningsprotea
kunnen tot twee meter hoog worden. De bloemhoofden kunnen conisch tot
schaalvormig zijn. De omwindselbladeren kunnen haarloos zijn of fijn
zijdeachtige haren bezitten. De kleuren van de bloemen kan variëren van zacht
zilverachtig paars tot geel, oranje en rood. Binnen zijn verspreidingsgebied is
de koningsprotea erg variabel: de leerachtige bladeren variëren van groot en
rond naar klein en smal. De afzonderlijke bloempjes kunnen wijd open zijn of
meer tunnelvormig. Er worden wel tachtig verschillende variëteiten van deze
bijzondere Protea onderscheiden. De afmetingen van de bloemen en de bladeren
nemen in het algemeen van west naar oost af.
De Protea’s uit Zuid- Afrika
groeien op voedselarme grond en krijgen onregelmatig neerslag. Ze hebben zich
aangepast aan deze situatie door vlak onder de bodem een netwerk van lange
zijwaarts groeiende wortels te vormen als er veel neerslag is gevallen. Daarom
hoeven deze planten ook nauwelijks bemest te worden. Ook na een veldbrand kan de
koningsprotea zijn ondergrondse wortels snel laten uitgroeien. Daardoor kan deze
struik ook heftig gesnoeid worden. Omdat sommige vormen van deze soort tot zes
graden vorst kunnen verdragen, zou hij in de toekomst met zachte winters ook in
Nederland moeten kunnen gedijen.
Grote, opvallende bloemen
De koningsprotea draagt grote
opvallende bloemen, die het als snijbloem in boeketten goed doet. De bloemen
blijven ook lang goed. De kweek van deze mooie bloemen gebeurt in verschillende
gebieden op de wereld waar een mediterraan klimaat heerst, zoals in
West-Australië, Zuid- Afrika, Israël, de Canarische eilanden en in de
kustgebieden van de staten Californië en Oregon in de Verenigde Staten.
Hoewel Protea’s meestal in het voorjaar bloeien kan de koningsprotea het hele
jaar door bloeien. De bloeiperiode van de verschilde variëteiten blijkt
genetisch vastgelegd te zijn, dus bij verplaatsing van de planten van hun
originele groeiplaats naar elders treedt er geen verschuiving van de
bloeiperiode op. De bloeiperiode is wel afhankelijk van het habitat van de
oorspronkelijke groeiplaats
De koningsprotea staat in de Hortus al jaren in
het subtropische deel van de Drieklimaten kas van de Hortus, tussen de andere
Zuid-Afrikaanse planten. Als u de kas binnenkomt en het kleine paadje naar voren
inloopt, dan komt u rechts van het pad twee exemplaren van deze plant tegen. Hij
heeft in de subtropische kas helaas jaren niet meer gebloeid, waarschijnlijk is
het daar toch niet licht genoeg. Tuinman Roel heeft hem in de zonovergoten
kassen op de Overtuin wel in bloei gekregen. Hopelijk lukt dat in de toekomst
ook weer in de subtropische kas.
Literatuur
Koningsprotea- Wikipedia
https://nl.wikipedia.org/wiki/Koningsprotea
Proteas- Wikipedia
http://en.wikipedia.org/wiki/Protea
Protea Atlas Project
http://www.proteaatlas.org.za/
Lewis J. Matthews
The Protea Book-
A Guide to cultibated Proteaceae
Timber Press, Portland, Oregon, 2002
Tony Rebello
A field guide tot he
Proteas of Southern Africa
Sasol,, december 2001
Trichostetha fascicularis- Wikipedia
https://en.wikipedia.org/wiki/Trichostetha_fascicularis