De Ficus (Vijg)
Dit artikel verscheen in de Plantage Hortus van juni 1991. Het artikel is later aangevuld met extra tekst en foto's
Klasse | Spermadopsida (Zaadplanten) |
Clade | Bedektzadigen |
Clade | Nieuwe Tweezaadlobbigen |
Clade | Fabiden |
Orde | Rosales |
Familie | Moraceae (Moerbeifamilie) |
Geslacht | Ficus |
Tot het geslacht Ficus behoren 600 tot 1000 verschillende soorten bomen en struiken, die vooral voorkomen in de tropen en de subtropen. Alle Ficussoorten bezitten evenals alle andere planten uit de moerbeifamilie (Moraceae) een rubberachtig melksap, dat latex bevat.
Veel Ficussoorten uit het tropische oerwoud beginnen hun leven als epifyt, d.w.z. de zaden ontkiemen in wat humus op een andere boom en groeien dan uit tot een struik die de "gastheer" als steun gebruiken. In een later stadium zendt de Ficus luchtwortels naar de grond. De groei van de Ficus gaat, nadat de wortels de bodem bereikt hebben, versneld door omdat hij dan gemakkelijk water en voedingszouten kan opnemen. Vanaf dat moment wordt de "gastheer" langzaam gewurgd, doordat de wortels rondom de stam van de "gastheer" groeien en doordat het bladerdek van de Ficus de zonnestralen wegneemt van de bladeren van de "gastheer". Een dergelijke levensloop vinden we onder andere bij de wurgvijg of banyan (Ficus benghalensis). Naast de F. benghalensis zijn er nog meer wurgvijgen. Hieronder worden twee voorbeelden van wurgvijgen weergegeven, die in Madagaskar voorkomen.
Een wurgficus soort uit het Montagne d'Ambre Nationaal Park (Noord Madagaskar) omgeeft zijn gastheer
Een wurgficus soort uit het Tsingy de Bemaraha
Nationaal Park (West Madagaskar) groeit om zijn gastheer heen
Alle Ficussoorten bezitten vlezige vruchten. De bekendste soort uit dit geslacht, de
gewone vijgenboom (Ficus carica) levert eetbare vijgen. Vijgen zijn geen echte
vruchten, maar verdikte bloembodems met daarop kleine vruchtjes. De peervormige vijgen
groeien op een steeltje aan de boom en zij bevatten aan de binnenkant talloze mannelijke
en vrouwelijke bloemetjes. De bestuiving van de bloemetjes in deze merkwaardige vruchten
vindt plaats door de vrouwtjes van bepaalde galwespsoorten, die via een gaatje in het
peervormige orgaan binnenkomen. De co-evolutie van de Ficus en de hun bestuivende
galwespen heeft een sterke afhankelijkheid tussen deze organismen veroorzaakt: veel
Ficussoorten kunnen alleen door een bepaalde soort galwesp bestoven worden en deze galwespen
kunnen zich vaak alleen in een bepaalde soort Ficus voortplanten.
De gewone vijg (Ficus carica) in de Hortus
De bladeren van een vijg (Ficus carica)
De Ficus- soorten maken het de galwespen ook gemakkelijk. Vaak bevatten de vijgen vrouwelijke bloemetjes met korte stijlen en vrouwelijke bloemetjes met lange stijlen. In de bloemetjes met korte stijlen ontwikkelen de galwespeitjes zich tot galwespen, terwijl de bloemetjes met lange stijlen zich ontwikkelen tot vruchtjes met daarin zaden. De vijgen rijpen tot vlezige valse vruchten, nadat de in de vijg ontwikkelde galwespenmannetjes de galwespenvrouwtjes hebben bevrucht en gangen naar buiten gegraven hebben. De galwespenvrouwtjes verdwijnen met stuifmeel op hun lichaam uit de vijgen en bezoeken daarna weer andere vijgen.
De gewone vijgenboom (Ficus carica) is inheems in Zuid Europa en Noord Afrika. Deze boom is in zekere zin winterhard, want hij kan ook in Nederland groeien. In onze streken bevindt de gewone vijgenboom zich aan de rand van zijn areaal. In ons land groeit hij niet meer uit tot boom, het wordt hoogstens een brede struik. Slechts bij een zeer zonnige en windbeschutte opstelling vormt de struik in ons land vijgen. In de Hortus staat in het halfrond een ongeveer 2 meter hoge exemplaar van de gewone vijgenboom. De vijgen van deze boom zijn helaas niet eetbaar.
Tot het geslacht Ficus behoren ook een aantal bekende en geliefde kamerplanten. Al deze planten komen voornamelijk uit Zuid en Zuidoost Azië, Australië en Afrika. De gemakkelijkste Ficussoort is de als "rubberplant" bekend staande Ficus elastica. Door zijn leerachtige bladeren kan hij enige droogte weerstaan. In de Hortus staat hij in het centrale deel van de Palmenkas, tussen de hoofdingang en de ingang naar het linkerdeel.
De Ficus elastica in het centrale deel van de Palmenkas in de Hortus
Deze Ficus soort kan heel groot worden, hieronder wordt er één weergegeven uit de stad
Cadiz in Spanje.
Op de zeepromenade van Cadiz (Spanje) groeit een reusachtige Ficus elastica.
Detail van de reusachtige Ficus elastica in Cadiz
De geweldige stam van de reusachtige Ficus elastica in Cadiz
De takken van deze reusachtige Ficus elastica moeten gestut worden
De bladeren van een Ficus elastica.
Ook de
banyan of wurgvijg (Ficus benghalensis) kunnen we in huizen aantreffen. Maar helaas
kan deze plant in huis nooit de grootte bereiken, die hij in zijn oorsprongsgebied (India,
Sri Lanka) heeft. Daar kan hij 6 meter hoog worden. De vioolbladplant (Ficus lyrata)
wordt veel gehouden omdat de bladeren zo'n mooie vioolbladvorm hebben. De Ficus
lyrata staat ook in de Hortus, namelijk in het centrale gedeelte van de
Palmenkas, rechts naast de ingang naar het linker deel van de kas.
De grote Ficus lyrata, die in het centrale deel van de Palmenkas van de Hortus staat.
De bladeren van de Ficus lyrata
In sommige delen van India wordt de heilige vijgenboom (Ficus religiosa)
aangeplant, omdat Boeddha onder deze boomsoort de "verlichting" zou hebben
bereikt. In de heilige vijgenboom gedenken de boeddhisten alle andere bomen.
Ik hoop dat ik u met dit uitgebreide verhaal over de Ficus nieuwsgierig heb gemaakt. Kom
deze bomen en struiken eens in de Hortus opzoeken.
Literatuur
Stevens, P.F. (2001 en
later).
Angiosperm Phylogeny Website, Version 14, July 2017
http://www.mobot.org/MOBOT/research/APweb/