Bekerplanten (Nepenthes)
Dit artikel verscheen in de Plantage Hortus van september
1988. In het juninummer van de Plantage Hortus van 1997 heb ik een algemeen artikel over
Carnivore (=vleesetende) planten geschreven.
Klasse | Spermatopsida (Zaadplanten) |
Clade | Bedektzadigen |
Clade | Eudicots (Nieuwe Tweezaadlobbigen) |
Clade | Geavanceerde Tweezaadlobbigen |
Orde | Caryophyllales |
Familie | Nepenthaceae |
Geslacht | Nepenthe |
Taxonomische indeling van de Bekerplanten
Bekerplanten zijn interessante planten uit Zuidoost Azie. Zij komen voor van Sri Lanka tot de Philipijnen. Alle 70 soorten behoren tot het geslacht Nepenthes, dat het enige geslacht uit de familie Nepenthaceae is. Men treft deze planten aan op vochtige plekken langs de randen en de open plekken van het oerwoud.
Bekerplanten zijn zeer opvallend door hun merkwaardige bladeren, waarvan de uiteinden tot stelen met daaraan bekers uitgegroeid zijn. In deze bekers, die tot 30 cm lang kunnen zijn bij de soorten uit Borneo, verzamelt zich regenwater. De bekers bevatten bovenop de rand honingklieren, die een soort nektar afscheiden. De bekers scheiden naar het waterige vocht in de bekers een eiwitsplitsend enzym af.
Bekerplant (Nepenthes spec.)met bekers in de kleine tropisch kas in de Hortus.
Bekerplant in Madagaskar
De bekerplanten kunnen met deze bekers hun stikstofbehoefte aanvullen. Sommige insekten
worden door de afgescheiden nektar en de meestal felgekleurde vlekken op de buitenkant van
de bekers aangetrokken. Komen zij te dicht aan de binnenkant van de rand van de beker, dan
vallen zij in de vloeistof. De binnenkant van de bekers is glad en daardoor kunnen deze
insekten niet meer uit de bekers komen. Zij verdrinken in de vloeistof en daarna worden ze
langzaam door de afgescheiden enzymen verteerd. De aminozuren, die hierbij vrijkomen,
worden door de bekers opgenomen.
Er zijn echter ook insekten, die de bekerplanten in hun eigen voordeel kunnen gebruiken. De muggen van het geslacht Wyeomyia leggen hun eieren alleen maar in het waterige vocht, dat in de bekers voorkomt. De larven, die uit deze eieren komen, blijken immuun te zijn tegen de eiwitsplitsende enzymen. Deze larven voeden zich met de microorganismen, die zich op de verdronken insekten hebben opgehoopd.
Bekerplanten zijn klimplanten, die zich soms als epifyt gedragen, d.w.z. dat ze
wortelen op andere bomen of struiken zonder uit deze planten stoffen op te nemen.
In de hortus treffen we een bekerplant hoog hangend achter de ingang van de gematigde kas
aan. Het is onmogelijk de opvallende bekers te missen.
Links
Op de volgende websites vind u meer informatie over vleesetende planten:
- Carnivora- Vleesetende planten werkgroep
Literatuur
Stevens, P.F. (2001 en
later).
Angiosperm Phylogeny Website, Version 14, July 2017
http://www.mobot.org/MOBOT/research/APweb/