De Papyrus

Dit artikel verscheen in de Plantage Hortus van december 1992

door Fred Triep

De papyrusplant is een van 600 soorten uit het geslacht Cyperus, dat in Nederland bekend staat onder de naam cypergras. Tot dit geslacht behoren ook 2 vrij zeldzame inheemse soorten, namelijk het gele cypergras (Cyperus flavescens) en het bruine cypergras (Cyperus fuscus). Beide soorten kwamen vroeger vooral op vochtige zand en veengronden voor, maar ze worden tegenwoordig zelden meer gezien.

De Cyperaceae, waar het geslacht Cyperus (en dus ook de papyrus) toe behoort, is een familie van overblijvende en eenjarige grasachtige kruiden, die over de wereld vooral verspreid zijn in vochtige, natte of moerassige gebieden. De planten verbreiden zich vooral vegetatief door een ondergrondse wortelstok, waaruit bovengrondse driekantige stengels komen met bladeren, die om de stengelvoet een schede vormen.

De papyrus (Cyperus papyrus) komt oorspronkelijk uit het tropische Centrale Afrika. Door de mens werd deze plant verspreid naar Egypte, Syrie, Turkije en Italie (Sicilie en Calabrie). In de moerassen van Centraal Afrika vormt de papyrus dichte velden met stengels tot 4 a 5 meter hoogte. De toppen van de stengels bezitten een parapluvormige "bladerkrans".

De grote foto's  zijn respectievelijk 143kB en 197 Kb groot

Links: Een papyrus (C. papyrus) plant in de Hortus van Leiden
Rechts: De bloeiwijze van de papyrus

Foto's: Fred Triep

Uit het merg werd het papyrus gemaakt. Het woord papier is van het woord papyrus afgeleid. Om het papyrus te kunnen gebruiken, werd het merg in repen gesneden en overlappend over elkaar gelegd. Daarna werd er nog een laag kruiselings over de eerste laag gelegd. Het 'papyrus' papier kon maar aan een kant beschreven worden. Overigens noemden de oude Grieken dit papier 'byblos', een woord waarvan 'bijbel' is afgeleid. De wortelstokken van de plant kunnen gegeten worden. Uit de buitenkanten van de stengels kunnen touwen, matten en manden gemaakt worden.

De wortelsstokken van ander Cyperussoorten worden ook gegeten (bij C. esculenta of aardamandel) of de zoetgeurige wortelstokken worden verwerkt in parfums (bij C. longus en C. articulatus). Daarnaast worden verwante soorten van de papyrus als kamerplant gekweekt. Ze zijn goed in de huiskamer te houden, als ze maar goed nat staan en de kat uit de buurt blijft. Het zijn de soorten C. alternifolia (tot 1 a 1,5 meter hoog), C. gracilis en C. diffusus en ze staan bekend onder de naam parapluutje (of kattenbiefstuk !). 

De grote foto's  zijn respectievelijk 219 kB en 197 Kb groot

Links: Een klein blijvende Cyperussoort (mogelijk C. alternifolia), die in een beek in Thailand staat
Rechts: Detail van de klein blijvende Cyperussoort, die in de beek staat

Foto's: Fred Triep

De papyrus is minder gemakkelijk in de huiskamer te kweken, omdat het kastemparaturen verlangt. In de Hortus kunt u hem vinden in de Palmenkas, waar ik hem het laatst aantrof in het voorportaal tot de kas.

Verzorging

Heeft u vragen over de verzorging van deze plant? Die kunt u stellen op mijn forum over de verzorging van planten. Misschien weet iemand het antwoord of staat er reeds een antwoord voor u.

 


Deze pagina is het laatst aangevuld op maandag 28 augustus 2006.

Voor aanvullingen of reacties, stuur mij een email:

Stuur je reactie ! email: Fred Triep

Terug naar (Return to): Terug naar: